Sociale media

“Jodenherdenking”

Hoe Dodenherdenking langzaam wordt ondergraven door activisme en antisemitisme in vermomming.

In de aanloop naar 4 mei lijkt het elk jaar dezelfde kant op te gaan: discussies over wie we herdenken, gevolgd door verdraaiingen, ongenuanceerde uitspraken en, steeds vaker, antisemitische uitingen. Wat ooit begon als een nationale dag van bezinning, verandert langzaam in een moment waarop maatschappelijke spanningen en politieke frustraties samenkomen. Kritiek op Israëlisch beleid is meer dan terecht – Netanyahu is een boef – maar wat we rondom 4 mei zien, gaat soms verder dan dat: antisemitisme dat zich verschuilt onder de vlag van activisme.

Van Dodenherdenking naar ‘Jodenherdenking’

De discussie over wie we herdenken is niet nieuw, maar de toon is de afgelopen jaren verhard. Waar dit soort uitingen vroeger vooral uit extreme hoek kwam, heeft de periode na corona gezorgd voor een versnelling. De pandemie bracht complotdenken, anti-overheidsretoriek en een vermenging van activisme, cynisme en eeuwenoude antisemitische denkbeelden. Sociale media fungeerden als katalysator.

Wat begon als losse opmerkingen zoals ‘Laten we het dan voortaan maar #Jodenherdenking noemen’ klinkt inmiddels bijna normaal. Alsof het herdenken van de miljoenen slachtoffers van de Holocaust, waaronder zes miljoen Joden, eenzijdig of overdreven zou zijn. Er worden andere conflicten bijgehaald, alsof de erkenning van het ene leed het andere uitsluit. Die framing doet niet alleen af aan de betekenis van herdenken, maar maakt de weg vrij voor het wegzetten van een hele bevolkingsgroep.

Hoe sociale media antisemitisme normaliseren

Deze retoriek is niet uit het niets ontstaan. Waar voorheen vooral extremen zich eraan waagden, hebben pandemie, online activisme en groeiend anti-institutioneel denken gezorgd voor een klimaat waarin antisemitisme gemakkelijker wordt verspreid. Wat begint als cynische opmerkingen of retorische vragen, verandert op sociale media razendsnel in het normaliseren van vooroordelen. 

Zomaar een paar voorbeelden uit de afgelopen weken op sociale media:

“Zoals gezegd: gun de Joden een toekomst. Maar kijken wat ze er in de woestijn van Egypte van bakken. Popcorn er bij en gaan!”

“We herdenken zeker alleen Joden.”

“Noem het dan eerlijk de Nationale Jodenherdenking.”

“Dit nooit meer? Behalve voor Palestijnen blijkbaar.”

“Waarom zou ik twee minuten stil zijn voor mensen die nu zelf onderdrukken?”

“Zo is dat. De wereld is inderdaad groot genoeg. Die woestijn in Egypte kan ook prima alle Joden herbergen. Hek er omheen. Probleem opgelost.”

“Jankjoden, niet voor zwichten. Ze hebben onze hele WO2 herdenking al gekaapt.”

“Fuck die hele jodenherdenking.”

Dit soort uitspraken komen niet alleen van anonieme accounts, maar ook van bekende stemmen met een groot bereik. Ze verhullen antisemitisme als morele verontwaardiging of activistische kritiek. Maar het verschil tussen politieke analyse en het verspreiden van antisemitische denkbeelden zit in de nuance en die ontbreekt vaak.

De rol van publieke stemmen

Ook publieke figuren spelen hier een rol. Sommige journalisten en columnisten die zich afficheren als spiegel voor de samenleving, delen uitspraken die alle Joden verantwoordelijk lijken te houden voor het beleid van Israël. Anderen gebruiken Dodenherdenking om hun onvrede over het huidige conflict in Gaza te uiten, en stellen herdenken gelijk aan hypocrisie. Weer anderen noemen de herdenking een “ordinaire maskerade” en geven aan niet meer mee te doen.

Sommige vergelijkingen gaan zelfs zover dat Dodenherdenking wordt gebruikt om hedendaagse conflicten als Gaza te spiegelen aan het getto van Warschau. Maar wie elk historisch geweld gelijkstelt, wist niet alleen het specifieke karakter van genocide uit – die tast ook het morele kompas aan waarop herdenken is gestoeld – het vermogen om uniek historisch onrecht te erkennen zonder het te instrumentaliseren.

Natuurlijk is ruimte voor kritiek en discussie essentieel in een democratie. Natuurlijk mag en moet er gesproken worden over Gaza. Maar Dodenherdenking is geen beleidsdebat. Wie herdenken verwart met een podium voor actuele politieke strijd, miskent het doel ervan en zadelt slachtoffers van toen op met de schuld van het nu.

De sluipende verschuiving

Wat we zien, is geen incident, maar een verschuiving. Elk jaar schuift de grens iets verder op. Onder het mom van inclusiviteit of vrijheid van meningsuiting worden oude vooroordelen opnieuw geactiveerd. De term ‘Jodenherdenking’ klinkt voor sommigen als een geuzennaam, maar voor anderen als een pijnlijke echo van eeuwenoud wantrouwen.

Wie Dodenherdenking herleidt tot een politiek strijdpunt, of het gebruikt om Joden collectief verantwoordelijk te houden voor hedendaags beleid, draagt bij aan het vervagen van grenzen tussen legitieme kritiek en discriminatie.

Herdenken is geen politiek spel. Het is een moreel ijkpunt. Laten we dat bewaken, samen. Zodat ‘dit nooit meer’ niet verandert in ‘behalve als we boos zijn’.

Dit artikel is geschreven naar aanleiding van recente uitingen op sociale media en publieke platforms in de aanloop naar 4 mei.



Geen grote redactie, wél veel werk.

Dit blog is onafhankelijk en advertentievrij.
Waardevol voor jou? Dan is een digitale cappuccino altijd welkom 🩷