Ze leeft in een paleis. Haar kledingkast is groter dan de woonkamer van een gemiddeld gezin. Ze draagt designerjurken, heeft gestudeerd aan een prestigieuze universiteit in het buitenland en vliegt met een privéjet de wereld over. Alles aan haar leven ademt vrijheid, luxe en macht.
En toch heeft ze voor vrijwel alles wat ze wil toestemming nodig van haar echtgenoot, haar vader of haar broer.
Achter de paleismuren
In de Verenigde Arabische Emiraten, Saoedi-Arabië, Qatar en Koeweit worden vrouwen niet onderdrukt op de manier die doorgaans geassocieerd wordt met oorlog, honger of religieuze terreur. In plaats daarvan leven ze in hypermoderne steden vol glinsterende torens, zorgvuldig onderhouden parken, internationale scholen en universiteiten die hun deuren juist voor vrouwen openzetten. Ze lopen over marmeren vloeren in winkelcentra vol westerse merken, krijgen functies bij grote bedrijven en verschijnen in glossy campagnes als het gezicht van de vooruitgang.
Maar achter deze façade, zorgvuldig opgebouwd en gekoesterd door regimes die zich willen presenteren als modern en westersgezind, bestaat een werkelijkheid waarin vrouwen nog steeds geen volledige zeggenschap hebben over hun eigen leven. Niet ondanks hun rijkdom, maar juist daardoor zijn hun beperkingen voor de buitenwereld moeilijker te herkennen. Wat niet in de vorm van armoede of geweld wordt gegoten, lijkt al snel onschuldig, of simpelweg niet urgent genoeg.
De prinses die verdween
In 2018 probeerde prinses Latifa Al Maktoum, dochter van de heerser van Dubai, te vluchten uit de Verenigde Arabische Emiraten. Haar poging was niet het impulsieve werk van een naïef meisje, maar een nauwgezet voorbereide ontsnapping, mede opgezet met een Franse voormalig geheim agent. Ze reed per auto naar de grens met Oman, bereikte daar een boot die haar naar internationale wateren bracht, en stapte vervolgens over op een jacht richting India.
Voor haar vertrek had ze een video opgenomen waarin ze sprak over jarenlange opsluiting, isolatie en mishandeling. “Als je deze video ziet,” zei ze, “dan ben ik dood, of erger.” De boot waarop ze voer werd onderschept door een gezamenlijke operatie van Indiase en Emiratische troepen. Latifa verdween. Jaren later verschenen er foto’s van haar, zittend in een café in Dubai of glimlachend naast VN-functionarissen. Of ze vrij was, of slechts zorgvuldig werd tentoongesteld, bleef onduidelijk.
Haar verhaal staat niet op zichzelf. In 2000 verdween haar zus Shamsa uit Cambridge, waar ze onder begeleiding van personeel verbleef. Ze zou met geweld zijn teruggebracht naar Dubai, maar ondanks meerdere verzoeken van journalisten en mensenrechtenorganisaties is er nooit een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd door de Britse autoriteiten. En dan is prinses Haya, de voormalige vrouw van sjeik Mohammed bin Rashid Al Maktoum, die met haar twee kinderen naar Londen vluchtte nadat ze ontdekte wat er met Latifa en Shamsa was gebeurd.
In de rechtszaal legde ze verklaringen af over intimidatie, afluisterpraktijken en bedreigingen, terwijl de sjeik zich via diplomatieke kanalen verweerde tegen aantijgingen die hij als “privékwestie” afdeed. Andere verhalen blijven anoniem. Dochters van invloedrijke families die niet mogen trouwen met wie ze willen. Echtgenotes van diplomaten die hun paspoort moeten inleveren bij hun schoonvader. Vrouwen uit de elite die alles lijken te hebben, behalve bewegingsvrijheid.
Controle via familie en technologie
De levens van deze vrouwen worden strak gereguleerd via een combinatie van traditionele familierollen, religieuze interpretaties en moderne technologie. In Saoedi-Arabië was het systeem van mannelijke voogdij jarenlang verankerd in wet en praktijk. Een vrouw had voor vrijwel alles toestemming nodig van een man: om te reizen, te studeren, te werken of medische zorg te ontvangen.
Hoewel hervormingen in 2019 een deel van deze beperkingen formeel hebben opgeheven, bleef de sociale realiteit weerbarstig. In veel families gelden de oude regels nog steeds, en instellingen zoals universiteiten en ziekenhuizen blijven uit angst of gewoonte toestemming vragen aan mannelijke familieleden.
De komst van digitale controlemechanismen maakte deze afhankelijkheid nog indringender. De overheidsapp Absher werd gelanceerd als een manier om overheidsdiensten te vereenvoudigen, maar bevatte onder andere een functie waarmee mannen konden instellen of hun vrouwelijke familieleden het land mochten verlaten. Wanneer een vrouw het vliegveld bereikte, werd automatisch een sms gestuurd naar haar voogd. Hij kon met één klik toestemming geven of intrekken, ongeacht de leeftijd of opleiding van de vrouw in kwestie.
Op vliegvelden werd deze realiteit tastbaar. In de aankomsthallen bestonden speciale wachtruimtes voor “niet afgehaalde vrouwen”. Vrouwen die bijvoorbeeld terugkeerden van een studie in het buitenland, een familiebezoek of een dienstreis, maar het vliegveld niet mochten verlaten zonder dat een mannelijke voogd hen kwam ophalen. Daar moesten zij wachten, soms uren of zelfs dagenlang. Niet als zelfstandige burgers met rechten, maar als objecten, als bagage die moest worden opgehaald. Alsof hun identiteit niet in hun paspoort lag besloten, maar in de toestemming van een ander.
Het decor van moderniteit
Voor de buitenwereld blijft dit systeem grotendeels onzichtbaar. Wat men ziet, zijn de zichtbare tekens van emancipatie: vrouwen die bedrijven leiden, ministersposten bekleden of sportevenementen organiseren. In Qatar worden vrouwelijke academici en studenten naar voren geschoven in internationale conferenties. In Koeweit dragen vrouwen de titel van parlementslid of rechter. In de VAE is er een Minister of State for Happiness, een vrouw.
Maar die zichtbaarheid verhult het lot van duizenden vrouwen die zich dagelijks moeten voegen naar de wensen van hun vader, echtgenoot of broer. Vrouwen die weten dat een echtscheiding hun kinderen kost. Die beseffen dat een klacht tegen mishandeling kan leiden tot opsluiting van henzelf wegens ongehoorzaamheid. En die zwijgen omdat spreken niet alleen hun vrijheid bedreigt, maar de eer van hun familie – en dus hun veiligheid.
Deze tegenstelling tussen façade en fundament maakt hun situatie des te schrijnender. Want in plaats van protest of solidariteit, ontvangen zij bewondering of ongeloof. Hoe kan iemand die woont in een villa, met een bediende, kok, schoonmaakster en chauffeur, zich gevangen voelen? Die vraag is niet alleen naïef, maar veelzeggend in haar onbegrip.
Diplomatieke doofpot
En wanneer deze vrouwen zich durven los te maken, wanneer ze vluchten en asiel aanvragen, wanneer ze hun stem verheffen in rechtbanken of via geheime video’s, dan worden ze niet opgevangen, maar genegeerd.
Westerse regeringen die zich gretig profileren als verdedigers van vrouwenrechten, blijven opvallend stil wanneer het om hun bondgenoten in de Golf gaat. Saoedi-Arabië is een belangrijke afnemer van wapens, de VAE investeert miljarden in Europese havens en techbedrijven, Qatar organiseert wereldkampioenschappen en koestert zijn positie als diplomatieke bruggenbouwer. Die belangen wegen zwaarder dan mensenrechten.
Toen Latifa verdween, sprak niemand haar naam in de Veiligheidsraad. Toen Shamsa uit Groot-Brittannië werd meegenomen, volgde er geen aanklacht. Toen Haya verklaarde dat ze werd geïntimideerd en gevolgd, wuifde de Golfstaat het weg als een privézaak. Zelfs wanneer vrouwen erin slagen te vluchten, worden hun asielverzoeken vaak afgewezen wegens gebrek aan bewijs of “culturele complexiteit”. Sommige ambassades werken stilletjes mee aan repatriëring, onder het mom van familiehereniging. Wat dat betekent, is duidelijk voor wie heeft geluisterd naar de getuigenissen van vrouwen die terugkeerden en vervolgens spoorloos verdwenen.
Tegelijkertijd blijven deze landen internationaal prijzen winnen en investeringen binnenhalen. Ze mogen zichzelf presenteren als hervormers, pioniers en modernisten, waarbij vrouwen worden ingezet als uithangbord. Hun aanwezigheid op podia en in persberichten dient niet hun vrijheid, maar de reputatie van de staat. En zolang dat beeld overeind blijft, blijft het stil rond de vrouwen die nooit worden opgevoerd, tenzij als waarschuwing voor wie probeert te ontsnappen.
Vrijheid zonder glans
De gouden kooi is geen metafoor. Ze bestaat uit muren van reputatie, familiedruk, digitale controle en diplomatieke zwijgzaamheid. Het is een systeem waarin vrouwen alles lijken te hebben, behalve het recht op zelfbeschikking. Waar macht en rijkdom dienen als camouflage voor afhankelijkheid. Waar vrijheid geen recht is, maar een gunst – uitdeelbaar, intrekbaar, en zelden blijvend.
Het is de tiende kooi in een reeks van vergeten vrouwen. De serie begon bij oorlog, slavernij, verkrachting, ballingschap. Maar wie goed kijkt, ziet dat dit verhaal in niets verschilt. Hier is geen puin, geen geweer, geen kamp. Alleen stilte, toezicht, toestemming. Ook hier verdwijnt de vrouw in een systeem dat haar reduceert tot bezit, soms met geweld, soms met een glimlach. En ook hier kijkt de wereld weg, omdat haar verhaal niet past in het beeld dat we willen zien.
Omdat rijkdom, glans en beschaving een betere indruk maken dan de ongemakkelijke waarheid daarachter.
Geen grote redactie, wél veel werk.
Dit blog is onafhankelijk en advertentievrij.
Waardevol voor jou? Dan is een digitale cappuccino altijd welkom 🩷